Wet op de jeugdzorg
Artikel 71
1
Geen ouderbijdrage is verschuldigd indien:
a
de jeugdige met het oog op adoptie niet meer door zijn ouders wordt verzorgd en opgevoed;
b
de ouders van het gezag over de jeugdige zijn ontheven of ontzet;
c
het verblijf en de verzorging worden geboden in een acute noodsituatie, zulks voor de duur van ten hoogste zes weken;
d
aan een minderjarige jeugdige nog jeugdzorg wordt geboden als bedoeld in artikel 69 na schriftelijk aan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen kenbaar gemaakt bezwaar door degene die het ouderlijk gezag of de voogdij uitoefent, tenzij het een jeugdige betreft ten aanzien van wie een maatregel van kinderbescherming is getroffen die tot verlening van zodanige zorg strekt of die deze noodzakelijk maakt;
e
het bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 70, tweede lid, te bepalen inkomen van de jeugdige een bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen bedrag te boven gaat.
2
Geen ouderbijdrage is verschuldigd door de ouder of stiefouder ten aanzien van wie de rechter op de voet van de artikelen 406 en 407 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek of van artikel 822, eerste lid, onder c, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering een bedrag heeft bepaald dat hij periodiek moet betalen ter voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding van zijn kind of stiefkind.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.